Ontwikkelingen gaan snel ja. Dat weten we nou wel. Ontwikkelingen gaan zo snel dat we ze helemaal niet meer zo waarderen. Ik zit hier op de bank een film te kijken, een blog te schrijven, google alles wat ik niet weet, kijk tussendoor even op NetTV hoe lang de film nog duurt en wat hierna komt, krijg een melding binnen van Burgernet op mijn iPhone dat er iemand gezocht wordt hier in de buurt, zie op mijn tablet dat er iemand reageert op mijn bericht op Facebook… Niets geks…
De stoommachine zette de wereld op zijn kop. Alles werd anders. De industriële revolutie. In een verder verleden hadden we al wat andere revoluties die een heel tijdperk kenmerkten: het gebruik van steen en ijzer, de kolonisatie, de wereldhandel in kruiden en specerijen.
Toen de CD-speler uit kwam, was dat groot nieuws. Muziek op een schijfje! Met een laser! Digitaal! Huh!?
De ontwikkeling van de CD-speler heeft Philips en Sony individueel vele jaren gekost, totdat ze besloten de handen ineen te slaan. Het zette de markt op zijn kop, wat veel betekende voor het ook door Philips ontwikkelde cassettedeck. Wat een mijlpalen!
Maar zoals James McQuivey van Forrester in het interview aangeeft, er is een ‘disruption’ in de ‘disruption’. De verstoring verstoord. Organisaties moeten leren verstoringen steeds sneller te veroorzaken, of tenminste zo goed mogelijk reageren op verstoringen door anderen. En wie het best de verstoring doorkomt is de winnaar. En de volgende verstoring staat al te wachten.
En de winnaar is niet altijd degene die de vorige keer ook al won. Juist de snelheid biedt ruimte voor nieuwe spelers. Consumenten hebben kennis, inzicht en macht.
Ondanks dat het misschien niet opvalt dat allerlei nieuwe technologieën elkaar in steeds hoger tempo opvolgen, betekent dit wel heel veel voor de aanbieders ervan. De concurrentie wordt steeds heviger en het bereiken en binden, of ´engagen´ van een doelgroep wordt daarmee ook steeds belangrijker.
Die hogere kloksnelheid en het verhoogde aanpassingsvermogen van organisaties betekenen iets voor de mensen die die organisaties vormen. Die moeten daar dus in mee.
Zie dus mijn vorige blog, waarin ik stel dat je helemaal geen vastomlijnd vak moet hebben, maar vooral moet weten wat je leuk vindt en daar dan in de veranderende wereld een mooie rol bij moet zoeken. En niet andersom. En met een groep mensen die in zijn of haar kracht zit, is de organisatie ook veel krachtiger. Immers, een organisatie is niet meer dan een bij elkaar georganiseerde groep individuen.
Bovendien moet de doelgroep dus ‘engaged‘ worden. Community management steekt de kop op. Far beyond digital marketing worden marketingafdelingen verstoord (‘disrupted’) door social media, mobiele technologie, consumer of customer engagement en marketing automation. Om de (potentiële) klant te bereiken en te binden moeten hele andere aanvliegroutes genomen worden. En morgen weer andere.
Ook daar dus een hoop flexibiliteit verwacht van de werknemers…
Dit betekent veel meer voor organisaties en haar werknemers dan we ons misschien realiseren. Het is dus helemaal niet zo gek dat werkgevers graag meer flexibiliteit willen in het ontslagrecht, meer gebruik maken van inhuurkrachten of ZZP’ers.
En het betekent dus dat mensen die zich afsluiten voor verandering, voor ontwikkeling van zichzelf, voor ontwikkelingen in de wereld, het moeilijk gaan krijgen.
Andersom ligt het voor de nieuwkomers. Onderhand geboren met een smartphone. Digitaal tot op het bot. Agile as can be. De generaties zullen elkaar moeten helpen om op de been te blijven. Met elkaar samenwerkend in wisselende vormen (‘gelegenheidswij’) allemaal je eigen doelen halen.
Goed, ik heb dus wat nieuwe denklijnen te pakken. Hopelijk heb ik je een stukje mee kunnen nemen hierin. Je niet teveel afgeleid met alle linkjes naar vorige blogs. Nu mijn boek over persoonlijke ontwikkeling de afronding nadert kan dit onderwerp een mooi tweede boek worden.
Ik houd jullie op de hoogte.
Groeten,
Frank